Daarom hebben Thijs en zijn moeder de hulp ingeroepen van mijnheer Beer. Mijnheer Beer is een bruine brombeer met een beige regenjas aan. Hij is erg lief en zeer trouw, zolang je maar wel mijnheer tegen hem zegt.
Mijnheer Beer staat 's avonds op wacht bij Thijs zijn kamer. Hij staat zo dat hij de zoldertrap kan zien en dat hij ook net Thijs kan zien liggen in bed door de kier van de deur. En zo zorgt Mijnheer Beer er voor dat Thijs 's nacht niet wordt lastig gevallen door de heksen. En hij doet zijn werk heel goed want er is nog nooit een heks geweest in de kamer van Thijs.
Overdag mag Mijnheer Beer uitrusten van een nacht hard werken. Hij slaapt dan op een plank in de kast en eet tussendoor broodjes honing en hagelslag.

Toch vindt Thijs het wel lastig dat de heksen nou net bij hem op zolder wonen. Hij zou namelijk zo graag zijn vriendje Danny willen uitnodigen om te komen logeren. Maar hij durft dit niet, want misschien komen de heksen dan wel naar beneden. Danny weet namelijk niet dat je vrolijk moet zijn om een heks tegen te houden. En Danny kent het 'heksen weg ga' lied niet. Zijn moeder heeft al voorgesteld het lied ook aan Danny te leren, maar dat wil Thijs liever niet.
Thijs wil namelijk eigenlijk liever dat Danny het niet weet van de heksen. Want Danny is namelijk nooit bang want hij is al zes, dus misschien is hij ook niet bang voor heksen. En Thijs is een beetje bang dat Danny zal moeten lachen wanneer hij hem over de heksen vertelt. En dus komt Danny niet logeren.

Wanneer Thijs zes is en hij heeft leren schrijven dan gaat hij een brief schrijven aan de heksen. Zijn moeder heeft aangeboden de brief nu al te schrijven , maar Thijs weet dat een brief geschreven door zijn moeder niet zal helpen. Alleen wanneer hij de heksen zelf vraagt weg te gaan, zullen ze weggaan. Heksen zijn wat dat betreft een beetje eigenwijs. En dus zit Thijs regelmatig te oefenen op het schrijven. Hij kan bijna niet wachten tot hij zes is en kan schrijven. Al vindt hij het wel zielig dat mijnheer Beer dan geen werk meer heeft.