Drs. T. de Vos - van der Hoeven - januari 2000
Veel kinderen hebben in een bepaalde fase van hun ontwikkeling slaapproblemen. We denken dan aan problemen zoals: praten in de slaap, nachtmerries, moeite hebben met in slaap vallen, niet zonder licht durven slapen etcetera. Vaak zijn dit problemen van tijdelijke aard, die vanzelf weer overgaan. Er wordt over het algemeen vanuit gegaan dat deze problemen onderdeel zijn van de ontwikkeling van het kind. Pas wanneer de slaapproblemen het functioneren van het kind beginnen te beïnvloeden (bijvoorbeeld omdat het kind op school in slaap valt) of van invloed zijn op de rest van het gezin (bijvoorbeeld omdat het kind broertjes/zusjes wakker houdt met zijn gehuil), wordt er aandacht besteed aan deze problemen door de hulpverlening (huisarts, consultatiebureau, psycholoog etcetera).

Het meest bekend bij veel ouders is problemen met in slaap vallen omdat het kind niet naar bed wil. Het volgende voorbeeld zal veel ouders bekend voorkomen.
Simon van zeven wordt naar bed gebracht. Al bij het naar boven gaan begint hij te protesteren. "Maar ik wil nog even tv kijken. Ik ben nog helemaal niet moe." Wanneer Simon eenmaal in bed ligt, begint hij te huilen zodra zijn moeder wegloopt. Na een minuut of vijf komt hij uit bed. " Mam, ik kan echt niet slapen." Simon wordt weer naar bed gebracht. Simon houdt de rest van de avond dit gedrag vol en valt pas in slaap om 11 uur. De volgende dag kan hij moeilijk wakker worden en is hij moe en prikkelbaar. Wekenlang gaat dit door en Simon's ouders weten niet meer wat ze moeten doen.
Bij ieder kind verloopt het anders, maar veel kinderen willen op een gegeven moment niet meer naar bed op het moment dat dit van ze verwacht wordt. Vaak is dit een onderdeel van het opgroeien. Een onderdeel van de ontwikkeling van een eigen persoonlijkheid en zelfstandigheid. Ook is het soms een manier om extra aandacht te krijgen. Ouders hebben een grote invloed op het slaappatroon van hun kind. Zij kunnen zowel bijdragen aan het ontstaan, als aan het in stand houden van de slaapproblemen. De reactie van de ouders op het slaapgedrag van hun kind is dus heel belangrijk. Door je zoon/ dochter aandacht te geven als hij/zij huilt of zeurt als hij/zij naar bed moet, wordt je zoon/dochter beloond voor dit gedrag en zal hij/zij de volgende keer opnieuw dit gedrag vertonen. Zo kan een ouder een kind dat een paar keer lastig is, belonen voor zijn gedrag en zo slaapproblemen creëren.
In dat geval is de beste methode om het gedrag tegen te gaan, geen aandacht meer geven. De ouder moet duidelijk en consequent zijn bij het naar bed sturen. Het moet voor het kind duidelijk zijn dat hij/zij moet gaan slapen en dat zeuren of huilen geen zin heeft.

Regelmatig komen dit soort problemen ook voor doordat het kind nog te onrustig is om te gaan slapen. Het is goed om hem/haar een half uur voor het slapen gaan iets rustigs te laten doen. Wanneer je kind nog druk aan het spelen is, geef dan aan dat het over vijf minuten bedtijd is. Hij/zij heeft dan tijd om zelf het spel te beëindigen. Hiernaast is een routine voor het slapengaan belangrijk. Het in vaste volgorde doen van een aantal dingen voor het slapengaan, helpt het kind tot rust te komen. Het geeft ook een duidelijke boodschap: het is nu tijd om te gaan slapen. Simon's ouders deden dit als volgt:
Om half acht gaat Simon naar boven. Hij poets zijn tanden en trekt zijn pyjama aan. Dan gaat hij in bed zitten en leest zijn moeder een hoofdstukje voor uit een boek dat Simon mag kiezen. Hierna komt zijn vader boven om een kus te geven. Zijn ouders wensen hem dan welterusten en gaan samen weg. Ze hebben met Simon afgesproken dat hij in bed blijft. Wanneer hij niet kan slapen gaat hij een verhaaltje verzinnen of nadenken over de volgende dag. De eerste avonden huilde Simon nog wel maar na een paar avonden stopte hij hiermee. Na twee weken ging hij zonder problemen naar bed en sliep hij goed.
Voor kinderen met slaapproblemen is het belangrijk dat ze hun slaapkamer als comfortabel en veilig zien. Ouders wordt dan ook ten zeerste afgeraden deze kinderen als straf naar hun kamer te sturen, omdat de slaapkamer dan in verband wordt gebracht met gevoelens van angst. Het kind moet leren om zijn bed alleen nog in verband te brengen met slapen. Soms wordt dan ook geadviseerd het kind pas naar bed te sturen als het echt moe is, het hoeft dan niet meer wakker in bed te liggen. Langzaamaan kan het kind dan vroeger naar bed gebracht worden omdat in bed liggen gelijk staat aan gaan slapen.

Maar er hoeft niet altijd sprake te zijn van nachtmerries. Kinderen kunnen ook last hebben van nachtangsten. In dit geval ontwaakt het kind plotseling uit zijn slaap met een gil en vertoont intense angst. Er lijkt geen sprake te zijn van een nare droom. Het kind is moeilijk te troosten en is meestal erg in de war. Het lijkt niet te weten waar het is, praat langzaam en reageert langzaam. Een voorbeeld:
Edith is 's avonds gewoon gaan slapen. Om een uur 's nachts schrikt ze met een gil wakker. Wanneer haar moeder bij haar gaat kijken zit ze rechtop in haar bed te huilen. Ze maakt een verwarde indruk. Haar moeder probeert haar te troosten, maar het lijkt wel of Edith haar niet opmerkt. Ze reageert niet op hetgeen haar moeder zegt. Haar blik staart een beetje in de verte en ze houdt haar ogen half dicht. Na een minuut of vijf kalmeert ze en valt ze weer in slaap. De volgende ochtend kan Edith zich hier niets van herinneren.
Behandeling is niet nodig bij dit slaapprobleem, aangezien het kind deze stoornis ontgroeit. (Meer over nachtangsten is te vinden in ons artikel nachtangsten)
Een slaapprobleem dat ook soms bij kinderen voorkomt is slaapwandelen. Dit kan variëren van alleen in bed gaan zitten tot werkelijk rondlopen. Het kind is heel moeilijk wakker te krijgen en als het wakker wordt is het in de war. Oorzaken van slaapwandelen kunnen zijn: koorts, te weinig slaap, bepaalde medicijnen etcetera, maar vaak is er geen oorzaak. Over het algemeen worden er alleen veiligheidsmaatregelen genomen, zodat het kind zich niet kan verwonden, aangezien het ook deze stoornis ontgroeit. Een simpel traphekje kan voorkomen dat het kind al slapend van de trap valt.

Andere slaapstoornissen kunnen het kind erg angstig en onzeker maken. Veel kinderen kunnen zich hun angst in de nacht niet herinneren, maar houden wel een gevoel van verwarring, angst en onzekerheid bij het wakker worden. Nachtmerries worden wel onthouden en vooral terugkerende nachtmerries kunnen het kind zeer angstig maken. Deze angst zorgt dat het kind zeer gespannen wordt en vaak niet wil gaan slapen, waardoor ook nog vermoeidheid en inslaapproblemen ontstaan
De ouders worden heen en weer geslingerd tussen gevoelens van bezorgdheid en gevoelens van boosheid en irritatie. Voor het kind is dit zeer verwarrend en vaak voelt het kind zich schuldig en angstig. Vooral de gevoelens van boosheid kunnen hem/haar erg in de war brengen omdat hij/zij het gevoel heeft geen controle te hebben over het slaapgedrag. Door deze verwarring gaan de ouders zich weer zorgen maken en krijgt het kind weer meer aandacht.
Huwelijksproblemen blijken ook vaker voor te komen tussen ouders met een kind met een slaapprobleem. Door de slaapproblemen wordt de tijd die ouders vroeger 's avonds voor elkaar hadden danig ingekort omdat het kind opblijft of voortdurend aandacht vraagt. Een kind dat vijf dagen in de week bij zijn ouders in bed slaapt, kan ook een negatief effect hebben op de relatie tussen de ouders. De ouders hebben gewoon minder tijd voor elkaar.
Vermoeidheid speelt ook een belangrijke rol bij de stress binnen het gezin. Het kind houdt niet alleen zichzelf wakker maar ook al zijn gezinsleden. Een kind dat pas laat naar bed gaat, is over het algemeen op dit gebied geen probleem voor de ouders omdat het kind meestal toch eerder dan de ouders naar bed gaat. Maar een kind met nachtmerries of een kind dat 's nachts steeds wakker wordt kan de slaap van zijn gezinsleden flink verstoren. Hierdoor ontstaat stress binnen het gezin en vaak ook wrijving en ruzies. Het kan voor de ouders zeer stressvol zijn een kind te hebben met nachtangsten of nachtmerries. Het kind wordt midden in de nacht zeer angstig wakker en is eigenlijk niet goed te bereiken en ook niet te troosten. Over het algemeen wordt het kind vanzelf na een paar minuten weer rustig. De ouders hebben vaak het idee iets verkeerd te doen omdat zij het gevoel hebben niets te kunnen doen om de angst van hun kind weg te nemen.
Een bijkomend probleem dat niet alleen optreedt bij slaapproblemen, maar zich vaak voordoet als een kind binnen een gezin het ergens moeilijk mee heeft, is de constatering dat de andere kinderen binnen het gezin vaak minder aandacht krijgen. Het kind met het probleem vraagt extra aandacht en krijgt dit over het algemeen ook. De andere kinderen binnen het gezin kunnen om aandacht te krijgen ook probleemgedrag gaan vertonen.
Slaapproblemen, een serieuze zaak
Slaapproblemen bij kinderen worden vaak beschouwd als een normaal onderdeel van de ontwikkeling van het kind. Meestal is dit ook waar. Maar zoals hierboven beschreven, kunnen slaapproblemen wel veel gevolgen hebben voor het kind en het gezin. En dan zijn de problemen die het kind heeft niet langer meer een gewoon onderdeel van de ontwikkeling en kan het nodig zijn om hulp of advies te vragen. Het is belangrijk dat ouders langer durende slaapproblemen bij kinderen als een serieus probleem zien en niet alleen als onderdeel van de ontwikkeling van het kind. Ouders kunnen heel veel doen om hun kind te helpen makkelijker te gaan slapen en beter door te slapen.
Er zijn verschillende boeken voor kinderen over moeite met het slapen. Voor meer informatie en de mogelijkheid om het boek te kopen bij bol.com klik je op de titel:
Boekjes over niet naar bed willen
- Nog even achter mijn oortjes kriebelen, Jorg Muhle (2 tot 4 jaar)
- Wolfje wil niet gaan slapen - Jo Lindley (2 tot 5 jaar)
- Ssst, de draak slaapt!, Bianca Schulze ( 3 tot 6 jaar)
- De mooiste vis van de zee gaat lekker slapen, Marcus Pfister ( 3 tot 6 jaar)
- Drama in pyjama, Steve Anthony (2 tot ± 5 jaar) (onze recensie) Momenteel niet verkrijgbaar.
- En nu lekker slapen, Sam!, Amy Hest ( 3 tot 6 jaar)
- DooBuddies Krasposter "Ik ga zelf slapen"
Boekjes over angst bij het slapen:
- Welterusten kleine beer, Martin Waddell, (1 tot 4 jaar)
- Ik kan niet slapen, Elsa Devernois (3 tot 6jaar)
- Ik kan niet slapen! - Owen Hart (4 tot 6 jaar)
- Wat kun je doen als je niet durft te gaan slapen, Dawn Huebner ( 4 tot 12 jaar)
Veel kinderen vinden het fijn voor het slapen gaan nog even wat te praten over de dag. Een dagboek voor het slapengaan, Slaapklets, kan hierbij helpen. Voor meer informatie en de mogelijkheid om één van de slaapklets-boeken te kopen bij invulboekjes.nl: Slaapdagboek
Heeft u vragen naar aanleiding van dit artikel of wilt u meer tips om slaapproblemen te verhelpen of voorkomen, dan kunt u hier terecht: Vraag per e-mail of advies aan huis
Literatuurlijst
1)Mindel J.A. (1993). Sleep Disorders in Children. Health Psychology, 2, 151 -162. 2)Bootzin, R.R. & Chambers, M.J. (1990) Childhoods Sleep Disorders. Hoofdstuk 12 in Gross, A.M. & Drabman, R.S. Handbook of Clinical Behavioral Pediatrics. Plenum Press, New York/ London. 3)Cohen H.L. & Park,C. (1992) Life Stress in Children and Adolescents: An Overview of Conceptual and Methodological Issues. Hoofdstuk 2 in La Greca,A.M., Siegel,L.J., Wallander, J.L. & Walker, C.E. . Stress and Coping in Child Health. The Guilford Press, New York/ London. 4)Richman, N., Douglas, J., Hunt, H., Lansdown, R. & Levere,R. (1984). Behavioral Methods in the Treatment of Sleep Disorders - A Pilot Study. Journal of Child Psychology and Psychiatry, 26, 581 - 590. 5)Schokking - Kanij,L.J. & Stolker, L. (1987). Slaapproblemen bij jonge kinderen als opvoedingsprobleem. Kind en Adolescent, 8, 87 - 91 6)Brugman-Boezeman,A.Th.M. (1988). Slaapstoornissen bij Kinderen - of Storend Slaapgedrag? Kind en Adolescent,9, 141 - 151. 7)Ronen, T. (1993). Self-Control Training in the Treatment of Sleep Terror Disorder: A Case Study. Child & Family Behavior Therapy, 15, 53 - 63. 8)Kohen, D.P., Mahowald, M.W. & Rosen, G.M. (1991). Sleep-Terror in Children: The Role of Sel-Hypnosis in Managment. American Journal of ClinicalHypnosis, 34, 233 - 244. 9)Gustafson, R. (1993). Conditioning treatment of Childrten's Bedwetting. Psychological Reports,72, 923 - 930. 10)Piazza, C.C. & Fisher W.W. (1991) Bedtime fading in the Treatment of Pediatric Insomnia. Journal of Behavior Therapy and Experimentel Psychiatry,22, 53 - 56. 11)Lawton, C., France, K.G. & Blampied, N.M. (1991). Treatment of Infant Sleep Disturbance by Graduated Extinction. Child & Family Behavior Therapy, 13,39 - 54. 12)Rapoff, M.A., Christophersen, E.R. & Rapoff, K.E. (1982). The Management of Common childhood Bedtime Problems by Pedriatric Nurse Practitioners. Journal of Pedriatric Psychology, 7, 179 - 196.